donderdag 10 november 2011

Bourgogne deel 3: Louis Jadot

DE WIJNMAKER
Na de lunch vertrekken we verwachtingsvol naar de cuverie van Louis Jadot, net buiten het centrum van Beaune. Mijn leverancier van o.a. de wijnen van Jadot, Kwastwijnkopers (voor de twitteraars onder ons: @kwastwijnkopers), had deze afspraak voor ons geregeld. Terwijl we even wachten flitst de zeer kundige en aimabele wijnmaker van Jadot, Jacques Lardière voorbij die ons de hand schudt en zich excuseert dat hij ons niet te woord kan staan.
De aanpak van deze oenoloog is uniek in de wijnwereld: hij laat de natuur volledig haar gang gaan. De eigenzinnige wijnmaker schuwt het gebruik van herbiciden, pesticiden, kunstmesten en alle andere gewasstimulerende of -beschermende middelen. Want, zo is hij van mening, een gezonde bodem geeft sterke druiven en daarmee goede wijnen. Lardière heeft zelfs zoveel vertrouwen in de natuur dat hij niet werkt met industriële gisten. En ingewikkelde chemische analyses in laboratoria vindt hij overbodig. Schilinweking en gisting geschieden zonder temperatuursbeïnvloedende apparatuur; slechts beperkt snoeien en een ‘groene oogst’ zijn gebruikelijk. Jacques vergewist zich ervan dat wij goed opgevangen zullen worden en vervolgt zijn gesprek met een journalist.
ONTVANGST DOOR MARC DUPIN
Kort daarna worden we verwelkomd door Marc Dupin, de zeer enthousiaste exportdirecteur van het bedrijf. In vloeiend Engels en met een flinke dosis humor vertelt hij ons in het kort een en ander over de Bourgogne en het bedrijf Louis Jadot. Hij wil niet teveel uitweiden, want er staan 11 prachtige wijnen op ons te wachten.
Bourgogne heeft 15.000 druiventelers. Dat is net zoveel als in Bordeaux, maar Bourgogne is wel drie keer zo klein. Een enorme versnippering dus met kleine bedrijven en percelen. De beste hellingen liggen halverwege de heuvels, langs de weg en op de hoogste punten van de heuvels de mindere, hoewel daar ook goede kwaliteit vandaan kan komen.
Louis Jadot heeft eigen wijngaarden, maar koopt ook druiven van telers waar zij een contract mee hebben afgesloten. Ze betalen daar veel geld voor, maar eisen dan ook een perfecte kwaliteit. Uitgangspunt bij de vinificatie van Jadotwijnen is dat iedere appellation zijn unieke geur en smaak heeft. Het in de Bourgogne zo veelgeroemde terroir – zeg maar het geheel van alle omgevingsomstandigheden die de smaak van de druif bepalen – dient altijd herkenbaar te zijn in de wijn. Hierdoor bestaat er dus niet zoiets algemeens als een Jadot “wijnstijl”: elk type wijn van Louis Jadot heeft z’n eigen individuele karakter. En dat maakt weer dat er voor iedere wijnliefhebber wel een wijn is in het Jadot assortiment die hem zeer zal aanspreken
Marc legt uit, op de vraag naar de ambitie van het bedrijf, dat zij niet alleen gaan voor kwaliteit maar ook voor kwantiteit. Het een kan niet zonder het andere. Door de opbrengsten van hun meest verkochte wijnen, de generieke Bourgogne Blanc en Bourgogne Rouge, kunnen ze het zich veroorloven de beste behandelingen en technieken te gebruiken voor hun top-cuvees, zoals de Grand Cru's Batard Montrachet, Echezeaux en Clos de Vougeot. Ze hebben met deze gedachte dan ook onlangs een miljoeneninvestering gedaan voor het maken van hun basiswijnen door o.a. aparte cuveeies voor de rode en de witte wijnen.
GLOBAL WARMING
Op de vraag hoe zij denken over en omgaan met het fenomeen "global warming" is Marc duidelijk. Zij kunnen een beetje warmte wel gebruiken in de wijngaarden. Het is er over het algemeen koel en, een groter nadeel: vochtig. Door de hogere temperaturen hoeft en nier meer gechaptaliseerd te worden omdat de druiven mooi rijp worden en dus genoeg suikers bevatten. Een nadeel echter kan zijn dat de zuurgraad minder wordt wat weer loggere wijnen geeft. In het ergste geval worden de druiven van binnen mooi rijp, maar blijft de schil achter in rijpheid, wat kan leiden tot onevenwichtige wijnen met een slechte balans.
Louis Jadot heeft ook wijngaarden in de Beaujolais en Marc vertelt dat men daar al aan het "ruilen" is geslagen: de koeien van hoger gelegen weilanden worden naar beneden gebracht om op de hogere hellingen, waar het koeler is, druiven aan te planten.
Een grappig voordeel is ook dat er door de vroege oogst veel plukkers beschikbaar zijn: de scholen zijn nog niet begonnen en er zijn dus volop scholieren beschikbaar. Maat Louis Jadot ziet in dat "global warming" op den duur een probleem kan gaan worden en anticipeert daarop door nu al flinke investeringen te doen in o.a. koelingen om de druiven even te kunnen bewaren voordat ze op de sorteertafels terecht komen.
DE CUVERIE
We komen de cuverie binnen en iedereen is zeer onder de indruk van de enorme hoeveelheid roestvrijstalen en eiken vaten die zich in deze ultramoderne en superschone ruimte bevinden.
De 130 vaten die zich hier bevinden worden slechts gedurende 4 weken per jaar gebruikt om de enorme hoeveelheid druiven te verwerken die in een korte periode binnenkomen. Marc vertelt een paar bijzonderheden mbt het maken van de wijnen waar elke wijnmaker zijn eigen iedeeën over heeft. Zo ontsteelt men hier alle druiven omdat men de rode druiven een lange maceratie (inweking) laat ondergaan om zoveel mogelijk kleur te onttrekken aan de druiven. Pinot noir is immers, zoals zoveel wijndruiven, een druif met een blauwe schil, maar wit sap. Als dan ook de steeltjes meegaan zou de wijn te hard en te "groen" worden. Ipv het overpompen van de wijn in het fermentatievat om meer extractie te verkrijgen in de wijn kiest men hier voor "punching down", het voorzichtig omlaag duwen van de "hoed" van schillen naar de bodem van het vat, wat een zachtere manier is om hetzelfde te bereiken. De basiswijnen fermenteren op rvs alvorens ze al dan niet een aantal maanden op vat worden opgevoed, maar alle Côte de Nuits wijnen fermenteren op eiken vaten. Louis Jadot beschikt, omdat zij de kwaliteit van de wijnen volledig onder controle willen hebben, over een eigen vatenmakerij. Dit is ook wel handig gezien het feit dat zij jaarlijks 2.500 nieuw vaten gebruiken!
Ik heb dit bedrijf inmiddels een drietal keren bezocht maar word elke keer weer verrast door de vernieuwingen die ik dan aantref. Dit keer is de cuverie voor slechts witte wijnen in gebruik genomen. Een enorm aantal vaten ligt daar geduldig te wachten op het moment dat ervan genoten kan worden. Wij krijgen vast een voorproefje.
DE PROEVERIJ
De eerste wijn die wij proeven is een van de basiswijnen: Bourgogne Blanc "Couvent des Jacobins" 2010. De druiven voor deze wijn komen allemaal uit de Côte d'Or en zijn deels op hout gefermenteerd. Het is duidelijk waarom deze wijn wereldwijd een groot succes is: een prima glas: beetje romig, lekker fris met aangename zuren en een uitstekende prijs/kwaliteitsverhouding.
Wijn nummer twee is Pouilly Fuissé "Autour de Fuisse" 2009. De druiven voor deze wijn komen uit een zuidelijke deel van de Bourgogne, de Maconnais. Het is hier een stuk koeler, de invloed van de mediditerrané wordt al voelbaar. Het is dus heel belangrijk om hier op tijd teoogsten om voldoende zuren in de wijn te behouden. In deze wijn is dat duidelijk goed gelukt: de wij is, naast lekker mollig ook kruidig en mooi droog met een frisse afdronk.
Marc legt ons uit, daarbij kurken en grind gebruikend ter illustratie, dat de ene wijn uit Puligny compleet anders kan smaken dan de andere hoewel de wijngaarden maar vijf kilometer van elkaar vandaan liggen.
De een, Ferret bijvoorbeeld, is gelegen in een soort amphitheater en is vol en een beetje tropisch, de ander wat hoger en op een open helling, is meer de Chablis-stijl: vooral mineralige tonen op de voorgrond. Dit heeft alles te maken met de bodemgesteldheid van de wijngaarden en de ligging en illustreert dus nog eens de enorme diversiteit van dit gebied!
EEN SEXY WIJN
Dan een prachtige Meursault 2009. Deze wijn wordt door Marc bestempeld als "sexy". De wijn is voor 100% gefermenteerd op eiken, wat een langzamere fermentatie geeft. Hij heeft een prachtige neus waarin tropisch en citrusfruit en natuurlijk heel mooie houttonen. Een glas waar je aan blijft snuffelen, zelf als hij leeg is!
Bij de volgende wijn hoor ik achter mij de opmerking "nu stop ik met spugen hoor!" en daar kan ik me wel iets bij voorstellen. We krijgen in ons glas Puligny Montrachet 1er Cru " Clos de la Garenne" 2008, Domaine Duc de Magenta. Dit is zonder meer een wijn met een enorme toekomst! Een overweldigende neus en in de mond een dikke, volle kruidigheid, extractie en een enorme finale. Decarafferen al je hem nu al wilt genieten is het advies van Marc.
Als laatste witte proeven wij een vatmonster Batard Montrachet Grand Cru 2010. Deze wijn zit nog volledig op slot, maar wij proeven hier wederom de eorme potentie voor de toekomst. Helaas wordt er van deze wijn maar heel weinig gemaakt, dus voor de snelle beslissers....
HET IS TIJD VOOR ROOD
De druiven voor de Bourgogne Rouge "Couvent des Jacobins 2009" komen allemaal uit de Macon. Het is een lichte toegankelijke wijn die eventueel ook iets gekoeld geserveerd kan worden. Marc zegt dat men bij deze wijn eigenlijk wat meer hout zou willen gebruiken, maar dat zou de prijs te hoog maken voor een basiswijn.
Dan breekt Marc een lans voor de Beaujolais. Wij Nederlanders hebben, net als Duitsland overigens, een negatief beeld over de wijnen uit die streek. Natuurlijk veroorzaakt door de vele flessen slechte Beaujolais Primeur die hier jaarlijks worden aangeboden. Deze wijn wordt gemaakt om snel te drinken en daarbij wordt gebruik gemakt van macerarion cabonique. Hele trossen worden gestorkt in een afgesloten tank waar koolzuur aan wordt toegevoegd. In de druiven vindt dan een zogenaamde interellulaire gisting plaats waardoor alcohol en aroma worden gevormd. Dit geeft een bepaalde smaak aan de wijn die door velen als negatief wordt ervaren: zoetig, slap, karnemelkzuurtje. De betere Beaujolaiswijnen, waaronder die van Louis Jadot, worden echter op de traditionele manier gemaakt, dus net zoal "gewone" wijn: plukken, ontstelen, maceratie, persen, rijpen, al dan niet op vat. Zoals Marc Dupin zegt: "The Cru's: they belong to Burgundy!"
Als wij de Moulin-à-Vent Château des Jacques 2009 in ons glas hebben begrijpen wij wat hij bedoelt: dit is WIJN! Bovendien is deze jaargang de beste sinds 1947 en uitverkocht bij Jadot, dus thuis snel zien of mijn importeur nog wat van deze topper heeft staan, dan zijn ze bij deze verkocht! Voor het 150-jarig bestaan is door Louis Jadot een aparte cuvee op de markt gebracht: Beaune 1er Cru 150ieme Anniversaire 2009, die eveneens snel uitverkocht raakte. Dat is niet verwonderlijk, want deze wijn is echt "value for money" om met de woorden van Marc te spreken. De wijn is jammy, lekker rood fruit en al goed op dronk. Doet niet onder voor een goede Pommard!
Nu gaan we even iets terug in de tijd met een Nuits St. Georges 2006. Van de laatste jaargangen is 2005 een jaar waar iedereen in is geïnteresseerd. Dit is terecht, maar men moet daardoor vooral niet 2006 vergeten. Ook een prachtig jaar, maar minder streng en eerder drinkbaar dan 2005. Deze Nuits St. Georges heeft een prachtige neus met, net zoals in de mond, donker en rood fruit, leer en tabak. Zoals gezegd nu reeds mooi op dronk aan het komen.
EEN GRAND CRU SLOT
Tot slot worden wij getrakteerd op twee Grand Cru wijnen die nog op het vat liggen. De wijngaarden waar de druiven groeien voor deze topwijnen zijn elkaars buren, maar door het manshoge plotselinge hoogteverschil zijn het compleet andere wijnen.
Als eerste Clos de Vougeot Grand Cru 2010, Domaine Louis Jadot. Weer een prachtige neus met veel rood fruit, bramen, leer en tabak, maar dit keer ook chocola en koffie en stevige, rustieke tannines. Volgens Marc is deze wij perfect op dronk over 5-10 jaar. Top!
De laatste wijn die wij proeven is de Echezeaux Grand Cru 2010. Hiervan worden slechts 6 vaten (1800 flessen) gemaakt voor de hele wereld! De wijn is, in tegenstelling tot de voorgaande, zacht en elegant met minder rustieke tannines. Met de woorden van Marc: waar Vougeot mannelijk is, is Echezeaux vrouwelijk.
Na deze ontvangst met geweldige proeverij verlaten wij Louis Jadot, maar niet na Marc Dupin heel hartelijk bedankt te hebben voor zijn enthousiaste en vakkundige rondleiding. We zijn allemaal zeer onder de indruk. Deze reis kan niet meer stuk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten